woensdag, november 19, 2008

Politiek onbetrouwbaar? PvdA hinkt op twee gedachten, CDA niet toekomstgericht

Woensdag 19 november 2008 is het zover: de Staten van Gelderland krijgen kans te tonen dat het hen ernst is met de democratie door in te stemmen met het burgerinitiatief, Megastallen op industrieterrein. Hieronder een beschrijving van een praktijkvoorbeeld: het LOG Azewijnse Broek.

Alle bestuurslagen betrekken bij verandering.
De problemen rond de intensieve veehouderij blijven ons bezig houden. In het reclamefilmpje van Waterschap Rijn en IJssel, gemaakt om de Waterschapsverkiezingen op te luisteren, wordt gemeld dat de concentratie nitraat te hoog is in het water van de Berkel, een riviertje in de schone Achterhoek, het onverwachte Nederland. Heus geloof me, niet alleen in de Berkel is die concentratie te hoog. Dat is zo omdat in Nederland veel te veel dieren zijn, waarvan de mest moet worden verspreid en het afvoeren van één kuub mest de ondernemer 23 euro kost. U kunt wel bedenken dat het hier en daar niet echt zuiver op de graad wordt gehandeld. Geproduceerd wordt immers voor de goedkope kiloknaller. Daar passen geen kosten voor mestafvoer bij.
Om meer intensieve veehouderijbedrijven toe te kunnen staan in een gebied,
  • moet worden voldaan aan het niet overschrijden van de milieugebruiksruimte,
  • moet aangetoond worden dat geen schade wordt toegebracht aan bestaande natuurwaarden,
  • moet de sociale gemeenschap het ermee eens zijn.
Verder is van belang dat de ondergrond kleigrond is en geen kwetsbaar, mestdoorlatend zand. Zand heeft een dusdanige structuur dat de mineralen, fosfaten en nitraten niet door de bodemdeeltjes worden opgenomen, bij klei is dat wel het geval. Klaarblijkelijk zijn er misverstanden in sommige gebieden over het karakter van de bodem.

Onduidelijkheid over de status van de grondsoort

Een boer in LOG Azewijnsebroek verzekerde mij dat een gebied waar afgelopen herfst veel mest uitgereden werd, vlak naast een kwetsbaar bos, dat het om een zandstuk gaat, en dat daar maar tot 30 augustus mag worden uitgereden. Toen er toch werd bemest op 15 oktober, de laatste dag waarop dat op kleigrond mag, bleek bij navraag bij de AID (Algemene Inspectie Dienst), dat het om een kleigrond gaat. Er zijn blijkbaar meerdere soorten kaarten in omloop. Ja, wat is het nu? In ieder geval is al die mest sowieso niet bevorderlijk voor de kwaliteit van het oppervlakte water. Het gaat om een uitzijgingsgebied. Door de druk van het grondwater in het hoger gelegen Montferland, treed water uit de bodem. Dit uittredende water is relatief schoon, en wordt door de overvloedige mest direct verpest tot nitraatrijk water. Dit mestrijke water komt na regen direct in de sloot en wordt afgevoerd in de opstroom. In dit geval is dat het Waalse Water en uiteindelijk de Oude IJssel. Ja, het Waalse Water, erkend paradepaardje van de natuur, erkend door het Waterschap als zeer belangrijk.

Integraal alle economische aspecten bekijken
Wat doet het waterschap om de toevoer van die grote hoeveelheden meststoffen in ecologisch waardevol water te voorkomen? Het gaat dan niet alleen om meststoffen, maar ook om resten medicijnen die de dieren hebben genuttigd, zoals antibiotica, die uit voorzorg in het voer worden gedaan, waardoor de bacteriën, die van nature op het vee voorkomen immuun worden en er minder kans is op voorspoedige genezing in geval van besmetting en uitbraak van ziekten door deze bacteriën. Huisartsen hebben zich al gegroepeerd om tezamen te ageren tegen de grote intensive veehouderij. Mede vanwege deze immuniteit. De MRSA bacterie is slechts een voorbeeld van hoe het uit de hand kan lopen. Veehouders en mensen die met vee in aanraking komen moeten altijd voor ziekenhuisopname getest worden op het voorkomen van deze bacterie. Landelijk gezien horen we nog te weinig actie vanuit de grote overkoepelende organisaties voor gezondheidzorg en het voorkomen van ziekten. Ook de zorgverzekeraars zouden hierover wel eens hun standpunt mogen melden. Rond Grubbenvorst is een sterke groep actief die opkomt voor de gezondheid van mens en dier.

Werkelijke waarden erkennen en borgen
Een ander aspect van de leugenachtigheid waarmee de overheid tot nu toe heeft gesproken over de kwaliteiten van gebieden. In de gemeente Oude IJsselstreek durft men glashard te beweren dat een bos minder dan 5 hectare is, terwijl het meer dan 5 hectare is. Men durft te noteren dat na onderzoek is gebleken dat er geen belangrijke natuurwaarden zijn, terwijl dat wel zo is. Reeds bij het opstellen van de bestemmingsplannen in 2000/2002 is door Stichting Behoud Kemnade en Waalse Water aangegeven dat er rekening moet worden gehouden met de waarden van oud rivierenlandschap, dat uniek is en rijk aan soorten door de grote wisselingen in samenstelling die er van nature voorkomen, droog nat, hoog laag, zand, klei leem, grint. Met deze inbreng is niets gedaan. Die diversiteit zou gekoesterd moeten worden. Deze werd niet geborgd, ze werd ontkent. Bij het vaststellen van bestemmingsplannen in 2000/2002 en in 2006 door LTO noord in de Milieueffect Rapportage (MER) voor het industriële varkensfokkerij aan de Laarstraat te Vethuizen, en ook weer in de nota die de reikwijdte van de MER (2008) weergeeft.

Goede ontwikkeling in de Gemeente Oude IJsselstreek
Gelukkig gaat de gemeente Oude IJsselstreek nu voldoen aan de wens van boeren en burgers door alsnog een goede inventarisatie te maken van de natuurwaarden in de Landbouwontwikkelingsgebieden (LOG) gebieden. Het is te hopen dat het werkelijk een onafhankelijk rapport wordt, want zoals de officiële MER commissie met de vorige werkstukken is om gegaan is werkelijk onvoorstelbaar slecht en bevooroordeeld ten gunste van de ondernemers die zich nieuw willen vestigen. Je kunt je afvragen of dat te maken heeft met het feit dat, hoewel de commissie voor de MER officieel onafhankelijk is, de leiding wordt benoemd door de minister. Keuzen kunnen dus persoonlijke gevolgen hebben voor de betrokkenen.
Een argument van de voorstanders van megastallen in het landschap is dat het goed zou zijn voor de economie. Aangetoond is dat deze stallen als je alles op een rij zet heel weinig bijdragen aan de vitaliteit van een gemeenschap en haar economie. Het aanleggen van fiets en voetpaden brengt meer economische activiteit die past bij een landschap. Ernst Bos, van Wageningen Universiteit heeft dat onderzocht voor een ander, vergelijkbaar gebied.

Geen duidelijkheid over duurzame landbouw
In een landbouwontwikkelingsgebied, het woord zegt het al, heeft de ontwikkeling van de landbouw voorrang. Dat betekent volgens een notitie van de Provincie Gelderland dat burgers uit zo’n gebied geweerd moeten worden en dat woningen waar nu een woonbestemming op rust kunnen worden omgezet naar een agrarische functie. Dit alles om koste wat kost de toename van intensieve veehouderijen mogelijk te maken. Men heeft het zelf zo weten te sturen dat de universiteit van Wageningen en de Stichting Staring Advies in hun rapporten neerschreven dat door de komst van deze stallen de milieukwaliteit verbetert en ook het landschap er beter van wordt. Onderzoek uitgevoerd in opdracht van andere opdrachtgevers wijst op het tegendeel. Grote stallen verstoren de rust in het landschap, en stoten meer fijnstof, ammoniak, geluid en vervuild water uit. Een autoriteit op dit gebied is Peter Groot Koerkamp, werkzaam als professor aan de WUR. Los van alle berekeningen, het plaatsen van een stal biedt slechts een voordeel voor één ondernemer, terwijl de gehele gemeenschap er schade van ondervindt. Deze wijze van “economisch” handelen raakt gelukkig uit de tijd. Het hoort bij een verleden, waarin we geen aandacht hadden voor echte waarden.

Tendens van eenzijdig voordeel doorbreken
Architect Tom Bade, werkzaam in Arnhem heeft daar heel duidelijke ideeën over. Hij geeft als opgave voor de toekomst het afscheid van wat hij noemt de lulo-economie. Economie en ecologie gaan samen met ervaren van het Zijn, ”experience”. De drie E’s, vandaar dat zijn bureau Triple E heet. Je kunt je afvragen waarom de gangbare overheid goede ideeën niet omarmt. Waarom burgers niet werkelijk worden gehoord en een sfeer is van wij en zij. Waarom landbouwontwikkeling niet iets anders is dan het ontwikkelen van vleesproductie-industrie. Er zijn legio voorbeelden van landbouwontwikkeling die grondgebonden zijn en geschikt zijn om in samenhang de vitaliteit van een gebied te vergroten en het landschap en de aarde te herstellen. Groot voorstander daarvan is Jelleke de Nooy. Zij was samen met een collega op de Groene Bilderberg Conferentie die gehouden werd in het gebouw van het Financieel Dagblad te den Haag op 28 juni van dit jaar, en won daar de eerste prijs voor haar ideeën: vitale kringlooplandbouw. Bij die conferentie waren ook politici uitgenodigd. Oh, wat zou dat leerzaam voor hen zijn geweest, maar helaas…. In het Algemeen Dagblad van 7 november zien we een artikel over de amoniakeisen in de veehouderij. Amoniak veroorzaakt met water een zure omgeving. Het was destijds mede oorzaak van de verzuring van de bossen. Wie te veel ammoniak uitstoot maakt zijn eigen leefomgeving dood. Het gaat bij het aanscherpen van de eisen om een regel voor bestaande stallen. Bij nieuwe stallen mag het meest milieuvriendelijke alternatief worden geëist. Dat gebeurt in de praktijk niet, in tegendeel, de gemeenten Montferland en Oude IJsselstreek melden in de wijze waarin zij omgaan met de WER regels dat deze niet ten koste mogen gaan van de bedrijfsvoering. Als dat wel het geval zou zijn, dan hoeft daaraan niet te worden voldaan.

In het Agrarisch Dagblad van 7 november jongstleden schrijft Jeroen Savelkouls
Cramer verscherpt ammoniakeisen veehouderij. Dit artikel is te lezen op de website van het Agrarisch Dagblad. De maatregel die door de minister wordt voorgesteld zal extra hard aankomen voor de gangbare, relatief grondgebonden boeren in een LOG gebied. Hun toekomstige concurrenten, die zich als “buurman” komen innestelen in hun gebieden, hoeven niet te voldoen aan deze normen. Zij mogen ongebreideld hun gang gaan, mits de mest maar wordt “afgevoerd”. De milieugebruiksruimte die deze bedrijven opsouperen maakt dat de gangbare boeren geen kant meer op kunnen . Zij zitten zogezegd “op slot”. Is dat niet wat merkwaardig voor mensen die veelal van generatie op generatie het land hebben bewerkt? De nieuwkomers zullen geen binding hebben met dat land. Zij laten het voer aanvoeren via de veel te kleine gevaarlijke wegen. Zij vertrouwen erop dat het voer “duurzaam” is, van een plantage, ginds, waar mensen zijn verdreven, uitgekocht voor een appel en een ei, of gewoon verjaagd, waar het onkruidbestrijdingsmiddel roundup honderden kilometers lang de aarde steriel heeft gemaakt, geen sprake is van biodiversiteit, of sociale cohesie. Die grootschaligheid past niet in de CO2 arme economie. De gangbare intensieve wijze van landbouw is goed voor 18 % te veel CO2 uitstoot over de aarde. Door allerlei factoren veroorzaakt. Zouden wij omschakelen naar een kleinschaliger, regionale landbouw, gebaseerd op biologische principes en regionale kringlopen dan voldoen wij aan de doelstelling die in Europees verband zijn gesteld, kunnen wij nog veel meer doen om opwarming van de aarde te voorkomen.

Hoe komt het dat dit niet gebeurt? Wij vermoeden dat het patenteren van gewassen, en de belangen van een kleine groep rijken bij grootschalige productie daarbij een hoofdrol speelt. De heer Kofi Annan, voorvechter voor verbetering van de landbouw in Afrika, sprak in zijn rede bij de opening van het Academisch jaar in Wageningen met geen woord over het kip- en ander slachtafval dat wordt verkocht in Ghana, waardoor de boeren daar geen kans krijgen om hun producten voor een redelijke prijs te verkopen. Benadrukte hij voldoende dat het bij de samenwerking tussen de universiteit en de mensen in Ghana gaat om de leefwijze van de boeren, met name vrouwen, dáár, niet om de verdiensten in cash voor Nederland, dat het gaat om versterken van diversiteit, niet om vervlakking en grootschaligheid, met verlies aan diversiteit? Alleen iemand die goed luisterde kon het tussen de regels horen.

CDA mist kans om de landbouw te verduurzamen
Intussen zijn mensen van onze, traditioneel voor boeren opkomende partij, het CDA, bezig geweest om een verbeterslag te maken. Het CDA Duurzaamheidberaad formuleerde een resolutie die vorige week zaterdag, 8 november, werd behandeld in het congres. Nu ja, behandeld… de indieners van deze resolutie, “Versneld andere rollen voor de landbouw” kregen in totaal drie minuten de tijd om het werk toe te lichten. In de wandelgangen stelde de heer Henk Jan Ormel, CDA -woordvoerder voor landbouw: "het is wat ingewikkeld." Helaas klopte dat. De resolutie was waarschijnlijk de meest zorgvuldig geformuleerde resolutie die het CDA-bestuur ooit voorgelegd heeft gekregen. De tekst van deze resolutie is te vinden op de blogspot van Stichting Leven met de Aarde. Het bestuur en het congres hebben de positieve reikwijdte ervan niet doorzien en de kans niet benut. Het bestuur heeft de resolutie ontraden. Deze resolutie werd, mede door het ontbreken van tijd voor uitleg weggestemd met ongeveer 100 voor en 400 tegen. Heel jammer, want hiermee had het CDA haar gezicht kunnen opvrolijken en daardoor ook het gezicht van de PvdA.

Reconstructie van de landbouw zonder toepassing van kennis

In de staten van Gelderland speelt zich een nog groter drama af. PvdA-gedeputeerde Keereweer, verantwoordelijk voor de inrichting van het landschap, heeft bij de eerste evaluatie van de reconstructie aan de pers laten weten dat het goed ging met de reconstructie. Het tegendeel was het geval. Toentertijd had men nog maar drie hervestigingplaatsen voor bedrijven gevonden, terwijl de provincie meer dan 50 contracten voor bedrijfsverplaatsing had afgesloten. Een heel team werkt constant aan deze zogenaamde reconstructie. Een reconstructie van de landbouw die ongeveer € 7 miljard mag kosten. In de 17 LOG gebieden die in Gelderland zijn aangewezen is niemand van de autochtone bevolking blij met de gang van zaken. Voor het eerst in de geschiedenis zijn het de boeren zèlf die aangeven tegen de vestiging van intensieve veehouderij te zijn. Dit komt omdat hun eigen bedrijfsvooruitzichten worden beperkt, maar ook door de sterke scheidslijnen tussen verwervingsgebieden, intensiveringgebieden en extensiveringgebieden en de daarbij horende regels. Alles wat in een intensiveringgebied de eeuwen door haar plaats heeft verdiend, bestaat in de ogen van de overheid niet meer. De burgerburen niet, de minicampings, de zorgboerderijen, de kleine biologische kwekerijen, de kinderdagverblijven, ze hebben geen status en worden niet beschermd. Onrecht is het gevolg. De provincie vraagt de gemeenten om burgers uit het LOG te weren. Kunstmatige grenzen werken onrechtvaardigheid in de hand In een kleinschalige gemeenschap, waar ongeveer 75 % burger is en in vrede met de boeren woont kunnen we raden wat er gebeurt. Bij het door stichting Mooij Land ontplooide burgerinitiatief bleek meer dan 90 % van de gevraagde mensen hun handtekening te zetten onder een alternatief plan: plaatsing op een industrieterrein, dicht bij grootschaliger infrastructuur. Deze opzet zou goed kunnen stroken met de resolutie van het CDA Duurzaamheidberaad en past uitstekend bij de visie van de heer Waalkens, woordvoerder landbouw voor de PvdA in de Tweede Kamer. Hij pleit al lang voor het inrichten van speciale bedrijventerreinen voor megastallen, omdat deze vleesfabrieken niets te maken hebben met het agrarisch cultuurlandschap. De Europese IPPC normen geven aan dat bij het fokken van vee een stal met meer dan 2000 varkens, sprake is van een industriële activiteit. Houdt men 2000 dieren in het landschap, dan zouden die dieren door het omringende land gevoed moeten worden in een grondgebonden systeem. De vraag is of we in de huidige tijd nog wel moeten willen werken volgens ouderwetse, energieverslindende, niet sociaal aanvaarde wijzen. Juist heeft de minister een contract kunnen sluiten met de autoriteiten in China. Nederlands varkensvlees mag worden afgezet op de Chinese markt. De vraag is wie daar blij mee zijn en waarom?

Megastallen in het landschap beschadigen het imago van de varkenssector
Ex-minister Veerman sprak in het programma Zembla en zei dat de megastallen in het landschap schadelijk zijn voor het imago van de sector. De voorzitter van Stichting Mooijland, de heer Ries Kock, heeft met alle politieke partijen in de Gelderse Staten een gesprek willen voeren. Dit ter voorbereiding van de besluitvorming over het burgerinitiatief dat op woensdag 19 november om 9.30 uur in de Gelderse staten plaatsvindt. Echter na enig overleg wilde de fractievoorzitter van de PvdA, mevrouw Corina van der Valk, niet meer. De stichting Mooij Land trachtte te spreken over oplossingen. De politiek is niet gewend dat burgers het initiatief nemen, zeker niet als dat verstrekkende gevolgen gaat hebben. Gedeputeerde Staten van Gelderland wisten niet hoe snel zij zouden beslissen, voor hun beurt, als echte regenten: GS wijst plaatsing op speciale industrieterreinen af. Als motief wordt aangedragen dat het te duur zou zijn om zulke terreinen te realiseren, ook zou het milieu meer worden belast, dan bij verspreide vestiging, Beide argumenten zijn lariekoek. Laat nu maar goed onderzoeken welke schade er is door plaatsing in het landschap. Niet plaatsen is dan directe winst. De heer Kock had graag een open gesprek gehad, ook met de PvdA factie, temeer, omdat de leden van de PvdA die in de Gemeenteraad van Oude IJsselstreek zitting hebben, volkomen begrijpen welke nadelen er kleven aan de komst van de grootschalige bio-industrie. In een eerste gesprek met de voltallige fractie en alle wethouders, werd dat wel duidelijk.

Beleid PvdA niet eenduidig in verschillende bestuurslagen
De onbegrijpelijke situatie doet zich nu voor dat in twee van de drie bestuurslagen, het Rijk en de Gemeenten de PvdA een democratisch aanvaardbaar standpunt heeft, terwijl in de provincie men geen wegen heeft gevonden om uit de benarde positie te ontsnappen. Het is te hopen dat de Provinciale PvdA statenleden hun verantwoordelijkheid nemen en inzien dat de heilloze energieverslindende bio-industrie uit ons land geweerd dient te worden. 75 % van de bevolking was een jaar geleden voor afschaffing van bio-industrie. Wellicht kunnen alle Statenleden eens kijken naar de resolutie van het CDA Duurzaamheidberaad en die benutten in hun eigen gelederen. Dat raad ik trouwens elke politieke partij aan. Men kan van elkaar leren. Het gaat nu om samenwerken in plaats van concurreren.

Meer informatie over het burgerinitiatief vind u op www.loginlaarstraat.nl

Lies Visscher is o.a. voorzitter van de Stichting Behoud Kemnade en Waalse Water, betrokken bij het Verbond voor Duurzame Ontwikkeling en Lid van de Algemene WaterschapsPartij.


2 opmerkingen:

Leven met de Aarde zei
Deze reactie is verwijderd door de auteur.
Anoniem zei

Mijn god, wat een beerput trekt u open. Van de andere kant: wat een
sukkels zijn die plattelandsbewoners. Conservatief en traditiegetrouw
als ze zijn, blijven ze er maar op vertrouwen dat de overheid het beste
met hen voor heeft. En die overheid maakt daar op een schandelijke en
misdadige manier gebruik van. Bah!